“De schepping duurt nog altijd voort.”
We beginnen met de hamvraag: Is het heelal nou toevallig, zonder richting of doel en daarom uiteindelijk zonder betekenis? Of is de wereld door God geschapen, door de mens bedorven en in afwachting van Gods herstel tot volmaaktheid? Het wordt steeds duidelijker dat de schepping nooit af is geweest, maar nog altijd voortduurt! Het heelal verandert. Het leven heeft zich in de richting van toenemende verscheidenheid en bewustwording ontwikkeld. Mensen hebben nu meer keuzemogelijkheden met verstrekkender gevolgen dan vroeger en leven samen in vergaande specialisatie, afhankelijkheid en kwetsbaarheid. De mensheid krijgt meer invloed op de toekomst, maar kan toch de gevolgen van zijn handelen niet overzien. Laten we eerst eens naar de feiten kijken. Dan kunnen we daarna zien, hoe je daar in geloof mee om kan gaan.
Natuurkundigen stellen zich het begin van het heelal voor als een plotselinge uitbarsting van energie, een soort lichtflits van ontzagwekkende intensiteit en temperatuur. Direct daarna wordt energie omgezet in superkleine materie deeltjes, die zich op hun beurt later samenvoegen tot atomen en nog weer later tot moleculen. Dit proces van samenvoeging en afkoeling gaat steeds verder en leidt op den duur tot een universum van een grote lege ruimte met hier en daar sterren en planeten, waar complexe stoffen gevormd zijn. In een proces wat nog altijd niet begrepen wordt ontstaat op den duur op aarde het leven, en nog veel later zelfs de mens.
We zien twee fundamentele natuurwetten in deze hele ontwikkeling. (Een natuurwet is niets anders dan een eenvoudige beschrijving of voorspelling van een ingewikkeld verschijnsel.) Het eerste wat opvalt is de verandering. In tegenstelling tot wat je zou denken, verandert de kosmos voortdurend. Wat een oneindige zee van rust, stilte en stabiliteit lijkt, is in feite een voortdurende stroom van verandering. En het gaat er nog vaak heftig aan toe ook! Toch is het geen chaotisch toevalsproces. Bij nader inzien blijkt het een overgang te zijn van samengebalde ‘chaos’ naar ijle lokale orde! In de ontwikkeling van het heelal zit een duidelijke richting. De natuur heeft echt een begin en een toekomst.
De tweede eigenschap is samenvoeging of samenwerking. Op het menselijk vlak weten we natuurlijk al hoe belangrijk relaties zijn. Je bent door je ouders gevormd, door je partner gesteund, door je kinderen of vrienden gewaardeerd en ga zo maar door. Maar niet alleen op het menselijk vlak, ook op het macroniveau van sterrenstelsels en op het microniveau van de atoomdeeltjes, blijken wisselwerkingen, krachtvelden en relaties wezenlijker te zijn dan de materie zelf. En blijkt de neiging om zich te binden of om samen te werken steeds nieuwe eigenschappen op te leveren en mogelijkheden te openen .
Wat deze wetten van verandering en samenwerking verder zo bijzonder maakt is de verbazingwekkende precisie ervan. Er zijn talloze voorbeelden, teveel om op te noemen. Denk alleen maar aan het leven op aarde, dat alleen mogelijk is omdat de zon net op de juiste afstand staat. Of aan de aarde, die precies groot genoeg is, zodat de zwaartekracht de atmosfeer vast kan houden. Overal zien we vormen van uitgebalanceerde samenwerking: tussen moleculen; organellen; cellen; organismen; populaties. Van symbiose tussen alg en schimmel tot de liefde tussen man en vrouw. Op alle niveaus zijn er bijzondere vormen van samenwerking, die creatief blijken te werken, die nieuw leven en nieuwe eigenschappen voortbrengen.
13 mei 2015
Heel interessant en mooi gemaakt. De verhalen heb ik nog niet allemaal gelezen maar dat ben ik zeker van plan. Wat mooi dat jullie daar ook op al die plaatsen geweest zijn. En wat apart dat Neandertalers verdwenen zijn he? De samenwerking en verandering op menselijk vlak kan ik goed begrijpen maar die op macro en micro niveau is een stuk lastiger. Zo groot en ongrijpbaar. Het zet me wel aan het denken.
13 mei 2015
Zoals je zegt, groots en ongrijpbaar die samenwerking en verandering. Er zijn veel voorbeelden. Bij de veranderende kosmos kun je denken aan sterren, die uit gaswolken gevormd worden en opbranden (nu nog steeds) . Bij samenwerkende atomen aan de chemische reactie van waterstof en zuurstof tot water – een vloeibare stof met heel andere eigenschappen dan de gassen waaruit het gevormd is.